Samenvatten in de buurt van


Met deze tool worden objecten gevonden die zich bevinden binnen een bepaalde afstand van objecten in de analyselaag. Afstand kan worden gemeten als rechte lijn, als reistijd (bijvoorbeeld binnen 10 minuten) of reisafstand (binnen 5 kilometer). Vervolgens kunnen statistieken worden berekend voor de objecten in de buurt. Bijvoorbeeld:

Als Huidige kaartextent gebruiken is geselecteerd, worden alleen de objecten in de analyselaag en de samen te vatten kaartlaag geanalyseerd die zichtbaar zijn binnen het huidige kaartextent. Als deze optie niet is aangevinkt, worden alle objecten in de analyselaag en de samen te vatten kaartlaag geanalyseerd, ook als ze zich buiten het huidige kaartextent bevinden.

Kaartlaag kiezen voor samenvatten


Objecten in deze laag die binnen de opgegeven afstand vallen tot objecten in de analyselaag, worden in de samenvatting opgenomen.

Dichtstbijzijnde objecten zoeken met een


U kunt definiëren welk type afstandsmeting u wilt gebruiken: afstand in rechte lijn, reisafstand of reistijd. Zowel reisafstand als reistijd maken gebruik van het wegennetwerk en houden rekening met beperkingen als eenrichtingsverkeerswegen. Reistijd houdt rekening met uw gekozen reissnelheden: die gebaseerd zijn op de actuele of typische verkeersomstandigheden. Actuele snelheden worden verzameld via huidige sensorgegevens en typische snelheden worden berekend op basis van historische gemiddelden.

U kunt meerdere afstanden invoeren. Objecten binnen (of gelijk aan) de afstanden die u invoert, worden in de samenvatting opgenomen.

Statistieken toevoegen van


U kunt statistieken berekenen voor numerieke attributen van de nabijgelegen punten.

Als Telling van punten is aangevinkt, wordt het totale aantal punten in de buurt berekend. U kunt ook statistieken berekenen voor numerieke velden van de punten in de buurt.

  • Som—De totale waarde voor het opgegeven veld
  • Gemiddelde—Het gemiddelde voor het opgegeven veld
  • Minimum—De kleinste waarde in het opgegeven veld
  • Maximum—De grootste waarde in het opgegeven veld
  • Std. afwijking—De standaardafwijking van de waarden in het opgegeven veld

Statistieken toevoegen van


U kunt statistieken berekenen voor numerieke attributen van de nabijgelegen lijnen.

Als Totale lengte is aangevinkt, wordt de totale lengte van de lijnen in de buurt berekend. U kunt ook statistieken berekenen voor numerieke velden van de lijnen in de buurt.

  • Som—De totale waarde voor het opgegeven veld
  • Gemiddelde—Het gemiddelde voor het opgegeven veld
  • Minimum—De kleinste waarde in het opgegeven veld
  • Maximum—De grootste waarde in het opgegeven veld
  • Std. afwijking—De standaardafwijking van de waarden in het opgegeven veld

Statistieken toevoegen van


U kunt ook statistieken berekenen voor numerieke attributen van de nabijgelegen gebieden.

Als Totale gebied is aangevinkt, wordt het totale gebied van objecten in de buurt berekend. U kunt ook statistieken berekenen voor numerieke velden van de objecten in de buurt.

  • Som—De totale waarde voor het opgegeven veld
  • Gemiddelde—Het gemiddelde voor het opgegeven veld
  • Minimum—De kleinste waarde in het opgegeven veld
  • Maximum—De grootste waarde in het opgegeven veld
  • Std. afwijking—De standaardafwijking van de waarden in het opgegeven veld

Kies veld om op te groeperen


Dit is een attribuut van de objecten in de buurt die u kunt gebruiken om statistieken afzonderlijk te berekenen voor elke unieke attribuutwaarde. Stel bijvoorbeeld dat uw analyselaag lege landpercelen bevat die te koop zijn, en dat uw objecten in de buurt footprints van gebouwen zijn. Een van de attributen van de footprint van gebouwen is UseType met waarden zoals RETAIL, RESIDENTIAL, MANUFACTURING, PUBLIC, enzovoort. Als u de samenstelling van de gebruiksfunctie van gebouwen bij elk leeg perceel wilt karakteriseren, kunt u het totale oppervlak berekenen voor elk afzonderlijk type gebruiksfunctie binnen twee kilometer van de lege percelen, met UseType als groep per attribuut.

Resultaat laagnaam


Dit is de naam van de kaartlaag die in Mijn Content wordt gemaakt en aan de kaart wordt toegevoegd. De standaardnaam is gebaseerd op de naam van de analyselaag. Als de laag al bestaat, wordt u gevraagd om te aan te geven of u deze wilt overschrijven.

Als u de vervolgkeuzelijst Resultaat opslaan in gebruikt, kunt u de naam opgeven van een map in Mijn Content waar het resultaat wordt opgeslagen.